maandag 20 mei 2013

Van hert tot hert

18 mei


Ook vandaag zijn we vroeg wakker. Na een Amerikaans ontbijt met een wafel en wat geroosterde boterhammetjes met jam rijden we om acht uur weg bij ons hotel met de herten.

 

 
We rijden eerst naar de Garden of the Gods en bekijken nog een paar delen van het park waar we gisteren geen tijd voor hadden.











Vervolgens rijden we naar het Visitor Center. Dat adverteerde over een unieke dinosaurus. Van deze soort is maar één exemplaar op de hele wereld bekend. En niet alleen dat, er is ook maar één kopie van het fossiel van dat beest. Nu zou je zeggen als dat fossiel zo zeldzaam is, dan maak je toch voor de zekerheid nog een extra kopie, maar nee dus. Het is ons een beetje onduidelijk of het Visitor Center nu beschikt over het unieke origineel of over de unieke kopie, maar ze hebben in ieder geval iets unieks en dat willen we wel eens zien.

Als we het visitor center binnenlopen, wordt onze aandacht getrokken door een opgezette mountain lion die hier in de omgeving is aangetroffen. Het beest ziet er indrukwekkend uit. Ze zijn groter dan wij dachten.


Een vrijwilliger legt net aan een groepje mensen uit wat je moet doen als je zo'n beest onverwachts tegen komt. We luisteren maar even mee, want je weet maar nooit waar die kennis goed voor is. Mountain lions zijn vleeseters. Ze jagen vooral op herten. Normaal gesproken vallen ze mensen niet aan, tenzij ze er onverwachts verrast door worden en zich bedreigd voelen. Wat je dan nooit moet doen, is hard weglopen. Dat wakkert automatisch een jachtinstinct in de mountain lion aan en dan gaat hij je achter na hollen. Hij is veel sneller dan jij en dan ben je het hertje (lees het haasje). Wat je ook niet moet doen is bukken om een steen of tak pakken, want dan lijk je op zo'n moment klein. Tegen kleintjes durft de mountain lion wel en je hebt dan de kans dat hij je aanvalt. Wat je wel moet doen is rechtop blijven stilstaan en je zelf zo groot mogelijk maken, dus je armen boven je hoofd uitstrekken. Grote kans dat de mountain lion dan wegloopt.

Het is verder niet een erg boeiend visitor center al vinden we een paar oude foto's nog wel leuk. Zie hier bijvoorbeeld hoe er vroeger al files in het park waren.
 

Na twintig minuten verlaten we het visitor center. Op het moment dat we via het park naar de US24 rijden, realiseren we ons opeens dat we helemaal vergeten zijn om naar de zeldzame dinosaurus te kijken. Nota bene de reden dat we naar het visitor center gingen. Nou ja, laat maar zitten.
Via de 24 en de 67 rijden we naar Cripple Creek.


Vlak voor Cripple Creek is een historisch Heritage Center over de goudwinning in de negentiende eeuw in deze omgeving. We maken er een korte stop. Ze hebben het leuk ingericht, het is de moeite waard om het even te bekijken.



In deze omgeving is heel veel naar goud gezocht. En ook gevonden. Sommige mijnen waren ongelooflijk diep. De Sears Towers past bijvoorbeeld twee keer in een bepaalde mijn. Dat er veel mijnbouw in deze omgeving is geweest is nog overal te zien. Zo zien we vlak voor Victor dit overblijfsel.


Vanaf Victor rijden we over de Phantom Canyon Road richting Florence. Dit is een dirtroad. Nu zijn we niet van die dirtroads rijders, maar deze weg is onder een droge omstandigheden goed te doen. Het is een erg mooie scenic route. Hij volgt een pad waar vroeger een spoorlijntje lag. Op een aantal plekken is de weg zo smal dat twee auto's elkaar niet kunnen passeren. Eén van de twee moet dan een stukje achteruit rijden naar een pullout-plaats om de ander voorbij te kunnen laten gaan. Veel tegenliggers komen wij echter gelukkig niet tegen en dan nog alleen op stukken waar je elkaar makkelijk kunt passeren.



Halverwege de weg pauzeren we even en eten onze lunch op. Als we vervolgens weg willen rijden, blijkt de achteruitrijkamera geen helder beeld meer te geven. Er zit stof op de camera. Ook de achterruit zit helemaal onder het stof.


Via de 50 (een mooie weg langs de Arkansas River), de de 287, de 17 en de 6 rijden we vervolgens naar onze eindbestemming van de dag: het Great Sand Dunes National Park. We rijden eerst naar de lodge om in te checken. We hebben een mooie kamer met een patio met uitzicht op de duinen.


Er vliegen veel kolibries rond, maar het is een hele kunst om deze beestjes scherp op de foto te krijgen.
 


We willen nog even in de duinen lopen maar omdat het enige restaurant - nou ja snackbar - in de omgeving al om zeven uur sluit gaan we eerst eten. Dit mede in de hoop dat de zon ondertussen nog doorbreekt want de duinen liggen nu in de schaduw en dat is toch minder voor de foto's. Als we het park na het eten binnen rijden, is het echter nog steeds bewolkt. We lopen eerst door het ondiepe water van de Medano River, een klein riviertje dat zich elk jaar in het voorjaar aan de voet van de duinen vormt en in de zomer weer verdwijnt.


Vervolgens beginnen we de duinen te beklimmen. Oef, dat valt niet mee. Het is zwaar lopen. Je zakt telkens weg. Na ruim een half uur, we zijn nog niet eens op een kwart van de hoogste duin, houden we het voor gezien en dalen we weer af. Dat gaat een stuk beter. Morgenvroeg willen we de hoogste duin beklimmen.




Terug bij het begin maken we nog de nodige foto's van het stroompje, toch een uniek gezicht zo iets bij deze grote zandmassa.


We rijden daarna weer terug naar de Lodge. Vlak voordat we daar zijn breekt toch nog de zon deels door en we stoppen even om wat foto's (op afstand) van de duinen in de zon te maken. Opeens zie ik een aantal herten lopen. Hun rode huid is een perfecte schutskleur. We maken wat foto's en gaan daarna terug naar de Lodge. Vroeg naar bed om morgenochtend hopelijk met een opkomende zon de duinen te beklimmen.




Overnachting: Great Sand Dunes Lodge

Geen opmerkingen:

Een reactie posten